top of page

Burgers en stoommachines 1800 tot 1900

Heb je wel eens nagedacht wat het betekent om burger te zijn? Vanaf de 19e eeuw kregen steeds meer burgerrechten. Jammer genoeg niet iedereen. 

​

In de tijd van de burgers en stoommachines werden  er middelen gevonden om machines aan te drijven. Voorheen gebeurde dit vaak met de hand of door middel van paarde-, water- of zwaartekracht. Er werden batterijen uitgevonden en dankzij de uitvinding van de stoommachine konden ze stroom opwekken. Maar de stoommachines waren ook mobiel. Ze waren relatief klein en konden op een voertuig worden gezet. Zo ontstonden de eerste stoomlocomotieven, stoomboten, stoomtractoren en zelfs auto’s aangedreven door een stoomketel. Ook werden de windmolens vervangen door stoomgemalen. In Nederland werd de Haarlemmermeer door een stoomgemaal drooggemalen..

Industriële revolutie

De wereld ging hard vooruit. Iedereen kon sneller reizen, produceren en communiceren. We noemen dit de Industriële revolutie. Dankzij de toegenomen productie was er ook meer voedsel en dus groeide de bevolking hard. Dankzij de groeiende bevolking wilden heel veel landen hun gebied uitbreiden. Bijna alle Europese landen hadden kolonies over zee. Nederland had verschillende eilanden in de Caribische zee, kleine gebieden in West-Afrika, Suriname en Indonesië aan haar rijk toegevoegd. Deze landen werden geregeerd door de koning van Nederland. Vanaf 1815 was Nederland namelijk een monarchie geworden. Dit betekent dat het werd geregeerd door een koning. De eerste Nederlandse koning was Willem I van Oranje-Nassau. Hij werd eerst opgevolgd door Willem II  en later door Willem III van Oranje-Nassau. (Industriële revolutie -  z.d.)

Heb je het filmpje bekeken? De oplossing voor de volgende letter vind je links bovenin bij het lampje!

Johan-Thorbecke-e1453729650382.jpg.webp

De Nederlandse staatsman Johan Rudolph Thorbecke was als voorzitter van de Grondwetscommissie in 1848 grondlegger van de parlementaire democratie. Hij leidde vanaf 1849 tot zijn dood in 1872 drie kabinetten.

samuel-van-houten-collectie-haags-gemeentearchief-1280x.jpeg

In de 19de eeuw werkten veel kinderen mee op het land en in de fabriek. Zij werkten vaak twaalf uur achter elkaar onder zware omstandigheden. Veel mensen hadden het geld dat de kinderen verdienden hard nodig en hadden dus eigenlijk geen keus. In 1874 vond het kamerlid Samuel van Houten dat deze kinderarbeid niet langer kon. Hij verzon een wet waarin het voor kinderen onder de twaalf jaar verboden was om nog langer in de fabriek te werken en verplicht was naar school te gaan. Die wet werd het Kinderwetje van Van Houten genoemd. (Haagse Tijden | Kinderwetje van Van Houten, z.d.)

bottom of page